Om snel af te vallen is het niet per se nodig om een streng dieet te volgen of intensief te gaan sporten. Om overgewicht tegen te gaan kunnen de dagelijkse bewegingen al voldoende zijn. Snel afvallen kan heel eenvoudig zijn. Hierbij kunt u denken aan even staan in plaats van zitten, een stukje wandelen, winkelen, opruimen, wat werken in de tuin of iets repareren.
Deze simpele bewegingen kunnen het verschil maken tussen een gezond en slank lichaam en een te dik lichaam.
Dat blijkt uit onderzoek van de Amerikaanse wetenschapper James Levine. Zijn conclusie kan opmerkelijk worden genoemd. Het advies om snel af te vallen is altijd geweest, gezond en minder eten en meer sporten. Dit blijkt echter niet bij iedereen het gewenste resultaat te hebben. Uit zowel Brits als Nederlands onderzoek is zelfs gebleken dat mensen die minder gingen eten, dikker zijn geworden. Daar staat tegenover dat er mensen zijn die nauwelijks sporten, eten wat zij willen, maar toch niet dikker worden.
Afvallen is volgens Levine meer energie kwijtraken dan je inneemt en hij heeft drie manieren onderscheiden om energie kwijt te raken:
- Door de natuurlijke manier van energieverbruik voor bijvoorbeeld de ademhaling, de stofwisseling, het onderhoud van cellen, de bloedsomloop en om zowel de hersenen als het lichaam op temperatuur te houden.
- Door te sporten en intensief te bewegen.
- Door de dagelijkse lichaamsbeweging zoals lopen en staan, wandelen, winkelen, fietsen en praten. Levine noemt deze bewegingen NEAT, wat Non-Exercise Activity Thermogenesis betekent. NEAT komt neer op alle energie die we verbranden behalve de energie die wij gebruiken voor slapen, eten en sporten.
De conclusie van zijn onderzoek is dat de dagelijkse lichaamsbeweging veel meer invloed heeft op het energieverbruik dan eerder werd aangenomen.Voor het onderzoek had Levine twee groepen mensen geselecteerd die niet aan sport deden. De eerste groep bestond uit 10 mensen die te dik waren en de tweede groep bestond uit 10 mensen met een gezond gewicht. Beide groepen werden volgehangen met meetinstrumenten die hun dagelijkse bewegingen continu in de gaten hielden. Daarnaast kregen ze allemaal dezelfde maaltijden en dus dezelfde energie binnen.
Uit het onderzoek is gebleken dat de dikke mensen meer op de bank zaten dan de dunne. De dunne mensen waren actiever. Ze stonden langer en waren meer in de weer. Het verschil in energieverbruik was 350 calorieën per dag. Dit is vergelijkbaar met de energie die men krijgt van een bord macaroni met ham en kaas.
