Gezond eten betekent niet dat je minder moet eten of jezelf lekker eten moet onthouden. Helemaal niet. Gezond eten betekent dat je natuurlijke ingrediënten kiest, die weinig verzadigde vetzuren en suikers bevatten en veel voedingsstoffen in de vorm van vitaminen, mineralen, eiwitten, vezels, onverzadigde vetzuren en goede bacteriën. Het betekent dat je eten laat staan dat slecht is voor hart- en bloedvaten en cholesterolgehalte (producten rijk aan dierlijke vetten en transvetten), diabetes veroorzaakt (producten rijk aan suikers) of hoge bloeddruk veroorzaakt (producten met veel zout). Het betekent dat je je niet laat misleiden door de reclameslogans op voorverpakte producten uit de supermarkt, omdat deze vaak misleidend zijn, maar dat je de etiketten goed leest en weet wat er werkelijk in een product zit. Het betekent dat je leert het voedsel te kiezen dat je lichaam alles geeft wat het nodig heeft en niets wat schadelijk is. Het betekent dat je lekker eet en je heel goed gaat voelen.
Daarnaast moet er een evenwicht zijn tussen het aantal calorieën dat je eet en het aantal calorieën dat je verbrandt, omdat je lichaam de overtollige calorieën omzet in vet, dat door het hele lichaam wordt opgeslagen. Let wel, ook een gezond dieet bevat calorieën, want ieder mens heeft calorieën nodig.
Eet alleen wat je lekker vindt:
Eet het eten dat je lekker vindt, maar met mate. Onthoud jezelf niet alle dingen waar je van houdt. Als je iets gaat eten, kijk dan eerst of je het echt lekker vindt of niet, en eet het alleen als je het lekker vindt. Voel jezelf vooral niet schuldig nadat je iets hebt gegeten. Je hebt geen zonde begaan door iets lekkers te eten. Tenslotte is alle voedsel bedoeld om te worden genuttigd door mensen, alleen is het belangrijke in welke mate je het nuttigt. Alles wat tè is is niet goed. Voedsel betekent genot en is dan ook bedoeld om van te genieten.
Fruit en groenten:
Neem heel veel fruit en groenten in je dieet op. Zij bevatten naast vezels, vitaminen en mineralen namelijk nog ontelbaar veel andere voedingsstoffen die het lichaam nodig heeft. Bovendien bevatten ze geen vet en zijn caloriearm. Vijf tot negen porties groenten en fruit per dag garanderen je gezondheid en helpen een aantal ziektes voorkomen. Groenten kun je geblancheerd of rauw in salades eten. De dressing kun je op basis van yoghurt maken. Dat smaakt heerlijk en is caloriearm. Met fruit kun je heerlijke cocktails en desserts maken.
Sla geen maaltijden over:
Dagelijks moet je minstens ontbijt, een snack of lichte lunch en een lichte avondmaaltijd eten. Sla vooral het ontbijt niet over, want dat is namelijk de belangrijkste maaltijd van de dag. Door te ontbijten breng je je stofwisseling op gang en verbrandt je lichaam beter calorieën. Zorg ervoor dat al je maaltijden voldoende voedingsstoffen bevatten, zoals vezels, koolhydraten, eiwitten, vitaminen, mineralen en andere voedingsstoffen. Eet ook op regelmatige tijdstippen; dit versnelt je stofwisseling en geeft je meer energie.
Eet minder vet:
Vermijd alle transvetten (ook wel gedehydreerde of geharde vetten genoemd). Deze zitten in allerlei voorverpakte voedselproducten. Het lichaam kan transvetten niet verteren en ze verhogen het risico op hart- en vaatziekten. Verminder de inname van dierlijke vetten ofwel verzadigde vetzuren (in zuivelproducten als melk, room en boter en in vet vlees). Eet regelmatig onverzadigde vetzuren, in de vorm van olijfolie, pindaolie, sojaolie, sesamolie, visolie, enzovoorts.
Eiwitten:
Eet eiwitten die in magere producten zitten, bijvoorbeeld mager vlees, gevogelte, vis, eieren, peulvruchten en magere melk, yoghurt en karnemelk.
Beperk de inname van suiker:
Suiker is niet goed voor het lichaam, dereguleert de bloedsuikerspiegel en veroorzaakt diabetes. Suiker bevat heel veel calorieën en een teveel wordt door het lichaam omgezet in vet, dat door het hele lichaam heen wordt opgeslagen. Eet in plaats hiervan koolhydraten, die bijvoorbeeld die onder meer in pasta’s, rijst en aardappelen zitten.
Calcium:
Calcium moet deel uitmaken van je dagelijkse dieet. Het zit onder meer in zuivelproducten en veel groene groentes. Calcium versterkt botten en tanden, is nodig voor de regulering van de hartslag en voorkomt op latere leeftijd botbreuken en osteoporose.
Vezels:
Eet vezelrijk voedsel bij elke maaltijd. Dit helpt de vertering en stimuleert de stofwisseling. Vezelrijk voedsel bevat bovendien meer vitaminen en mineralen dan verfijnde of geslepen producten. Voorbeelden zijn volkoren brood, bruine rijst, volkoren pasta, en vele soorten groenten en fruit.
Water:
Water vormt onderdeel van elk gezond dieet. Drink elke dag ruimschoots water. Dit voorkomt een vochttekort in het lichaam en stimuleert de afvoer van gif- en afvalstoffen.
Alcohol:
Over het algemeen wordt aangenomen dat het met mate drinken van rode wijn of bier goed voor de gezondheid is. Overmatig drinken is gevaarlijk en leidt onder andere tot leverschade en geheugenproblemen.
Voedsel combineren:
Je lichaam heeft alle bovengenoemde voedingsstoffen nodig en het is het beste om te zorgen dat ze in alle maaltijden aanwezig zijn. Dit doe je door diverse voedselproducten te combineren. Raadpleeg ook een diëtist(e) om het door jouw gevolgde dieet mee te bespreken.